Kersentijd op Hoeve Engelendael
Het is volop kersentijd en dat wil zeggen onbeperkt genieten van deze prachtige, zoete vrucht. Maar weet je wat het vraagt om deze favoriete lekkernij te telen? Ik ga op zoek naar de ins en outs van de kersenteelt en trek hiervoor naar het Meetjesland waar Hoeve Engelendael de deuren voor ons wijd opentrekt.
Hoeve Engelendael
We rijden door de prachtige Vlaamse polders van Sint-Laureins en komen aan bij Hoeve Engelendael waar de familie Govaert-van de Bilt ons hartelijk ontvangt. De boerderij bestaat reeds sinds 1697 en is in de eerste plaats een akkerbouwbedrijf. Marc en Nicole zijn gedreven ondernemers en besluiten om zich te diversifiëren. Naast hun landerijen beheren ze nu ook 3 hectaren kersenboomgaarden. Verder vernieuwden ze de oude schuur en toverden die om in een schitterende, topklasse feestzaal. Hun kinderen Stéphanie en Laurent helpen mee in het familiebedrijf waardoor de achtste generatie van Hoeve Engelendael verzekerd is.
Kersenteelt
Kersen telen, hoe begin je eraan?
Ik stel de vraag aan Marc Govaert. Het begint met een visie, een passie, een overtuiging. Daarna volgen hard werk en doorzetting. Kersen telen in zware poldergrond ligt niet voor de hand, maar de polders zitten bij Marc in de genen. Met een goede afwatering lukt dat wel, zegt hij aan de twijfelaars.
De eerste oogstjaren
Marc en Nicole trekken naar de provincie Limburg en kopen daar tweejarige laagstamkerselaars van verschillende variëteiten. In 2002 gebeurt de eerste aanplanting en dan is het drie jaar wachten tot de eerste oogst. Die valt meteen tegen door het barslechte weer. De kersen rotten op de bomen. Marc blijft niet bij de pakken zitten en besluit de boomgaard te overkappen. In de jaren die volgen heeft de familie geen verregende boomgaard met nul saldo meer. De bomen groeien en de boomgaard breidt uit. Per hectare staan er ongeveer duizend bomen en de boomgaard is nu 3 hectare groot.
Filosofie: je weet wat je eet
Nicole houdt van spreuken. Eéntje ervan is “je weet wat je eet” en het weerspiegelt de filosofie van het huis in een notendop. Engelendael streeft er in de eerste plaats naar een nicheproduct van hoogwaardige kwaliteit te produceren. Daarbij verzekert het eigen verkooppunt dat de korte keten tussen producent en klant gerespecteerd blijft. Dit komt zowel het product als de klant ten goede. Het rechtstreekse contact met de prachtige natuur van de streek en met de bloemenweelde rond de boomgaard brengt rust en welzijn. Een bezoek aan Engelendael gaat dus niet alleen over de beste kersen van de streek kopen. Het is voor velen een uitnodiging voor een mooie daguitstap naar het unieke Meetjesland aan de grens met Nederland.
Het weer en ongedierte: de grootste uitdagingen
Marc en Nicole zijn het gewoon om te werken met de natuur. Naast de kersenboomgaard leiden ze immers een groot akkerbouwbedrijf. De kersenteelt heeft nochtans zijn eigen specifieke uitdagingen en er op het juiste moment met kennis op inspelen, maakt het verschil tussen een geslaagde of een mislukte oogst.
Vorst: de vijand van de bloesems
Een late vorst kan een oogst volledig vernielen. Alle fruittelers hebben hiermee te kampen en staan machteloos tegenover de grillen van de natuur. Marc legt mij uit dat je vuren in de boomgaard kan plaatsen zoals wijnboeren dat dikwijls doen, maar de kost en inspanning zijn hoog voor een beperkt succes. Het is beter om verschillende variëteiten te kweken. Niet alle kersensoorten komen op hetzelfde moment in bloei en zo kan een deel van de boomgaard aan een late vorst ontsnappen.
Ongedierte
De grootste boosdoener is de kersenvlieg. Ze legt haar eitjes in de halfrijpe kersen, juist onder de schil. De larven vreten het vruchtvlees aan en vormen een bedreiging zowel voor het fruit als voor de boom zelf. De kersenvlieg kan in korte tijd een hele oogst vernielen en wordt preventief bestreden.
Verder zijn er nog de zwarte luizen die de bladeren aantasten maar de Aziatische fruitvlieg, drosophila suzukii, vormt de nieuwste uitdaging. Het invasieve ongedierte boort een gaatje in de vrucht die juist rijp is en legt daarin eitjes. Binnen één week zitten de kersen vol larven en is de oogst verloren.
Regen en schimmels
Ik vertelde je reeds dat Marc en Nicole zwaar te kampen kregen met de gevolgen van regen in het prille begin van hun kersenteelt. Marc legde mij uit dat het vocht via de steel in de bovenste holte van de kers loopt. Het stagneert daar en tast de vrucht aan. Na twee dagen is de kers rot. Verder brengt te veel vochtigheid ook nog eens het risico van schimmels.
De overkapping: een dure maar noodzakelijke oplossing
Al snel komt Marc tot het besluit dat een overkapping noodzakelijk is om de boomgaard rendabel te maken. Het systeem bestaat uit een metalen structuur met een geweven foliedoek en een net dat de bomen overspant en de kersen van juni tot de pluk beschermt tegen regen en vogels. Het systeem doet denken aan een open serre. De overkapping maakt het mogelijk om bij weer en wind te oogsten.
De overkapping is niettemin kapitaalintensief. Ieder jaar wordt ze na de periode van bestuiving opnieuw geplaatst om terug afgebroken te worden na de pluk. Terwijl de metalen structuur meer dan 20 jaar kan blijven staan, moeten de netten en zeilen vroeger vernieuwd worden. Marc legt ons uit dat hij sinds de eerste installatie in 2007, ze op 15 jaar tijd al tweemaal vervangen heeft.
Irrigatie
Een kerselaar heeft voldoende water nodig om te groeien en te bloeien, en de teler moet het heel precieze evenwicht tussen vrucht en vocht vinden. Geef de boom té veel water en de delicate kers barst. Marc en Nicole bereiken de juiste balans dankzij een irrigatiesysteem met druppelbevloeiing die de toevoer van water doorheen de boomgaard exact regelt. Ze vangen hiervoor het regenwater op van alle daken op de hoeve en recycleren het via het bevloeiingssysteem.
Klimaatverandering
Het wordt warmer en dat heeft verregaande gevolgen op de kersenteelt. Het voordeel is dat we vroeger op het jaar kersen kunnen eten en dat de teler minder te kampen heeft met schimmels. De nadelen zijn spijtig genoeg groter. Zo is er de opkomst van invasieve insecten zoals de Aziatische fruitvlieg maar een groter probleem is de daling in het aantal bijen en hommels die cruciaal zijn voor de bestuiving. Op Engelendael plaatsen lokale imkers hun bijenkorven in de boomgaard voor de jaarlijkse bestuiving, maar het aantal actieve bijen neemt alsmaar af. Marc en Nicole komen de imkers te hulp en zaaien hun akkerranden in met bloemenvelden. Komkommerkruid, goudsbloemen en korenbloemen trekken bijen en hommels aan en zijn daarbij ook aantrekkelijk voor de bezoeker. Verder houdt Marc nu ook eigen bijenkorven in samenwerking met een bevriend imker.
Bestrijding
Engelendael doet aan geïntegreerde teelt en maakt gebruik van natuurlijke vijanden om ziekten en ongedierte te bestrijden. Verdere uitdagingen gaan ze te lijf met bestrijdingsmiddelen uit de fytosector. De familie doet aan bewuste landbouw maar niet aan biologische teelt.
Fruitteelt: een arbeidsintensieve sector
Het is druk op Hoeve Engelendael. We zitten midden in het plukseizoen dat loopt van juli tot augustus. Maar de inspanningen beginnen veel eerder op het jaar en al het werk wordt manueel uitgevoerd.
De snoei
Het seizoen begint met de lentesnoei in april. Marc en Laurent nemen die taak op zich, alhoewel zoon Laurent een expert blijkt te zijn in de branche. Dit jaar heeft hij de snoei zelfs volledig alleen gedaan. In september is er dan weer de zomersnoei.
Onderhoud
Tijdens de maanden mei en juni wordt de boomgaard goed onderhouden. In juni, na de bestuiving, installeren Marc en Laurent opnieuw de overkapping. In september, na de pluk, verwijderen ze die. Dan volgt de controle en reiniging van de netten en de zeilen. De overkapping is nu klaar om op te bergen voor de winter.
De bomen hebben ook nood aan bemesting en aan voedingselementen zoals magnesium en zwavel. Zijn de bladeren bleker van kleur met daarin donkere nerven? De boom heeft duidelijk een tekort aan magnesium. Door de daling van CO2-uitstoot bij wagens, is er dan weer een tekort aan zwavel in de akker-, groenten- en fruitteelt.
De pluk
De boomgaard telt enkel laagstammen en dat maakt de pluk zeer gemakkelijk. Enkel voor de hoogste takken is een kleine trapladder nodig en twee personen kunnen tegelijk aan dezelfde boom plukken. Niettemin is het werk intensief en moet de plukker zeer aandachtig blijven.
Het werk wordt uitgevoerd door jobstudenten. Het aantal uren dat de jongeren plukken, hangt sterk af van het weer. Op warme dagen begint de pluk vroeg in de ochtend. Het is dan nog koel voor de plukker en de kers is dan knapperig en beter van kwaliteit. Zoals Nicole zegt: de ochtendstond heeft goud in de mond.
De studenten krijgen elk een eigen nummer. Zo kan Marc hun werk evalueren. Iedereen krijgt feedback over het werk dat ze doen. Zijn de juiste kersen geplukt met betrekking tot grootte en rijpheid? Hoeveel is er geplukt? Enkel op die manier kunnen Marc en Nicole het werk van de jongeren bijsturen.
Sommige studenten komen jaar na jaar terug om te helpen tijdens de kersenpluk, en ik begrijp zeer goed waarom. De aard van het werk vraagt weliswaar veel inspanning, maar de familie Govaert-van de Bilt zorgt goed voor hun werknemers. Bij onze aankomst ‘s ochtends, zitten de jongeren alvast in de prachtige tuin van Nicole te genieten van koffie en ontbijtgebak. Wie zou zo’n vakantiejob niet willen?
De verwerking
Na de pluk volgt de verwerking. Kersen zijn delicate vruchten en moeten met veel zorg behandeld worden. Op Engelendael gebeurt de sortering en de verpakking daarom ook manueel. Dochter Stéphanie is zeer attent en haalt er onmiddellijk de kersen uit die ofwel te klein zijn, ofwel niet rijp genoeg zijn. Die vruchten gaan in aparte bakken en zijn bestemd voor confituur.
Distributie
Je zal geen kersen van Hoeve Engelendael vinden in de supermarkt. De vruchten worden ter plaatse verkocht, onmiddellijk na de pluk. Bij mechanische sortering en verkoop via veiling krijgen de kersen veel schokken en blutsen. Ze verliezen zeer snel een deel van hun versheid. Bij Marc en Nicole is dat niet het geval. Door de korte keten en de manuele verwerking biedt Engelendael een verser, minder behandeld en mooier product.
Je vindt Nicole onder de tent naast de boomgaard. Ze neemt de verkoop op zich en, ondanks de drukte, neemt ze altijd de tijd voor een babbel met haar trouwe klanten.
Welke kersen zijn de beste?
Welke kersen je het lekkerst vindt, is zeer persoonlijk. De voorkeur gaat altijd uit naar een knapperige kers. Verder is er de graad van aciditeit, hoe vlezig het vruchtvlees en hoe complex de smaak is. Zo is bijvoorbeeld de variëteit Karina niet geschikt als kers om uit de vuist te eten, maar is ze perfect voor confituur.
Marc en Nicole hebben in de nieuwe boomgaard enkele rijen Bigarreau Blanc-Rose aangeplant. In de volksmond heten ze ook krakers of witbuiken. De oranjekleurige kersen met bleekgele blos smaken een beetje naar perzik en zijn zeer vlezig. De variëteit is moeilijk te vinden en is zeer geliefd bij kenners.
Verder heeft Marc ook een rijtje van de nieuwe Natalie-kers aangeplant als persoonlijke uitdaging. De vuurrode kers heeft een typisch zwart streepje dat volledig doorloopt in het vruchtvlees tot aan de pit. De Natalie-kers is een mutant van de Regina-kers en heeft een volle, complexe smaak. De variëteit komt oorspronkelijk uit Duitsland en in België vind je niet meer dan een halve hectare van deze bomen.
Praktische informatie
Sta je alvast te popelen om de kersen te proeven van Hoeve Engelendael? Je kan ze ter plaatse kopen op woensdag, zaterdag en zondag tijdens de maanden juli en augustus. Engelendael bevindt zich in het Belgische Meetjesland in Sint-Jan-in-Eremo, aan de grens met Nederland. Voor praktische informatie of voor een bestelformulier kan je terecht op de website www.engelendael.be. Je vindt er ook de nodige contactgegevens voor de huur van de schitterende feestzaal.
Voor een gezellige hap in de buurt: Roste Muis. Dit streekrestaurant is gespecialiseerd in bereidingen met paling. Openingsuren en reservatie op https://rostemuis.be/.
Deze blog is een eigen verhaal en werd niet gesponsord door Hoeve Engelendael.
Met kersen kan je lekker koken. Clafoutis is een klassieker uit de Franse keuken waar je nooit genoeg van krijgt.